zaterdag 11 april 2015

Over vertroetelen, loslaten en zelfstandigheid bij de jagdhond.






Privéles.

Gisteren hebben Foppe en ik weer een eens een privéles bij onze hondentrainster gehad. Het was hard nodig. Onze samenwerking is erg onstabiel. Soms gaat het heel goed, dan weer ben ik radeloos omdat Foppe gewoon passief weerstand biedt. Hij zit dan en verroerd zich niet meer. Het gebeurt niet vaak, maar elke keer is een keer teveel.
Toen het op de proef niet goed ging heb ik een grote domper gekregen en ben echt geconfronteerd ermee dat bij Foppe niet alles, wat geleerd was, afroepbar is.
Ik ben aan het analyseren gegaan. Maar vond eigenlijk dat ik het goed deed met Foppe. Veel lof, streng op toekijken dat dat ik steeds de commando's ook liet uitvoeren en niet met half gedaan tevreden was. Ook in de thuissituatie was ik duidelijk, consequent maar vooral smoeserig en lief voor Foppe (en natuurlijk ook voor Bessel, de oudere hond).
Van de twee uur die ik les had, gingen ca. 1 uur een 15 minuten op in theorie. Ik volg nu al twee jaar lessen bij Monika. Meestal zijn we in groepjes van 2 tot 5 personen. Ze geeft steeds individueel les, dus passt de oefeningen aan op het niveau van de hond en het kunnen van de baas. Soms was ik niet mee eens met wat ze vroeg van mij (en Foppe). Maar het had steeds hand en voeten in de aarde. 
Monika kent mijn manier hoe ik werk en omga met Foppe. Maar het laatste jaar heb ik minder geoefend. Foppe is een aangename familiehond geworden. Met de oude hond kan hij ook heel goed opschieten en hij is neutraal tegenover anderen honden. 
Hij werkt graag, hij pakt nieuwe kunstjes heel snel op maar hij verveelt zich ook snel.

Nu gingen Monika en ik lopend naar een plekje om te oefenen. Ik vertelde van kleine gebeurtenissen die me misschien verder helpen als ik ze besprak met Monika.






Samen wandelen. 
Ik vind het eigenlijk prettig, als ik zonder riem met beide honden mijn wandelingen kan doen. Maar dat kan alleen als ik ze bij me in de buurt heb. Mijn dagelijkse wandelingen gaan merendeels door heuvelachtig bosgebied met veel bochtjes, op en neer en soms vrij dicht begroeid. Ze zijn niet verder van me af dan 10 meter, in zichtveld en ook afroepbar. Beiden hebben geleerd om op de weg/pad te lopen en niet van de weg af te gaan. Om te markeren mogen ze tot 5 meter af van de weg, maar tegenwoordig komen ze zonder te roepen, als ik ze aankijk.
Ik vind het leuk als Foppe komt en vrijwillig naast me gaat lopen. Bessel is heel anders, hij gaat steeds zijn neus achteraan en hij is dan ook veel zelfstandiger.
Dit gedrag van mij (Foppe af en toe bevestigen met een aai of een woord, als hij bij mij loopt), heeft wel ertoe geleid, dat Foppe tegenwoordig meestal om bevestiging vraagt als hij verder als 5 meter van me af is. Hij is dan onzelfstandig en durft niet jachthond wezen.
Een ander verhaal is het als hij dan de drift van het jachthondje voelt en hij meer dan 50 meter van me af is. Of als hij een haas of ree achteraan gaat.

Monika vindt, dat ik door mijn eisen de hond dicht bij me te houden, de hond zeer onzelfstandig heb gemaakt. Ze zegt, dat een jagdhond wel moet komen op de fluit, maar verder niet mag kleven.

Mijn  dilemma.
Hier ben ik in het dilemma. Ik heb hem graag bij mij, maar wil een goede jagdhond. Ik wil dat hij zelfstandig is en niet kleeft, maar wil hem ook niet steeds roepen en risico's ingaan, dat hij gaat jagen.

Het voorstel van Monika is, dat ik vaker op de Rijnvlakte, langs de oever ga lopen. Daar zijn veel konijntjes, veel andere honden, het is een loosloopgebied. Er zijn geen wegen in de buurt. Daar kan ik ook het 'down' oefenen, als hij achter de konijnen aan gaat. De konijnen kunnen zich redden, die hebben hun holtes. En ik kan prettig, zonder gevaar oefenen. Een voorwaarde is daaraan verbonden. Ik zou zonder Bessel moeten gaan, zodat ze niet samen gaan jagen. En de beste tijd is vroeg in de ochtend, vanaf half zes, dan zijn nog geen andere mensen met hun honden in de buurt.

We oefenen op dit moment enkel nog aan het zoeken in het veld en het voorstaan. Daar waar de andere honden uit de groep (wel Setters!) teveel ruimte nemen en ver lopen kleeft mijn hondje. En ook het voorstaan gaat niet echt vanuit zich zelf.

Foppe kan het!
Gisteren ben ik dan een keer met Monika samen gelopen. Ze heeft Foppe leiding gegeven. En waarachtig, Foppe heeft na 10 minuten ook de ruimte genomen en heeft op de kleinste bewegingen van Monika gereageerd en heeft een heel mooie veldzoekengang getoond. Wat een confrontatie voor mij! Ze heeft hem tegen 12 uur, waar het al echt warm begon te worden 30 minuten laten lopen en hij toonde interesse en liep erg attent (het was wel een veld waar fazanten en patrijzen lopen). Overal vond hij sporen en geuren van hen.






De kunst van het loslaten.
Na afloop heeft ze me nogmaals op het hart gedrukt hoe goed Foppe is. Dat ze nog steeds denkt, dat hij de beste is van alle honden die ze traint (behalve dan haar eigen Ierse Setters), maar dat ik hem onzelfstandig heb gemaakt met het steeds controleren van wat hij doet.

Hemel, dan denk ik het goed te doen en ben toch verkeerd bezig? Ja, in de daad, ik moest ook behoorlijk aan de appel werken! Maar dat zit nu prima. Nu komt weer het loslaten.

Ja, het is een dansen op een touwtje. En niet daarnaast stappen, anders begin je weer van voren!

Hoge inzet
Om het doel van echt loslaten heb ik absoluut een mogelijkst groot gebied nodig, waar ik de hond ook mag laten loslopen. Waar ik ook mag jagen, samen met mijn hond. Hij moet leren samen met mij te willen een buit te krijgen en ze me dan willen brengen. Hij gaat mijn kunnen aanvullen met zijn kunnen.
Sinds 1 april heb ik in het revier van Monika de mogelijkheid om legaal te jagen en te oefenen met Foppe. Dit is voor mij een enorme verlichting. Zo kan ik misschien het veldwerk toch nog onder de knie brengen met Foppe. Jammer genoeg moet ik elke keer met de auto 75 minuten  rijden....

zondag 30 november 2014

Verbands-Gebrauchsprüfung (VGP)

Al weer drie weken geleden ben ik met Foppe naar het Tekelenburg Land gereisd om daar een proef te doen. We hebben voor een zorgvuldige opbouw in allen 28 te proevende vakken van over twee jaar gezorgd. 


Op na de eerste proef!     Foto: Michael Migos


Door verschillende omstandigheden kwam ik vrij weinig aan het trainen, de laatste twee maanden. De training bij Monika begint steevast om 09:00 en duurt meestal tot 14:00. Daar komt nog één weg van soms 1 ¾ uur rijden erbij. Dus dan is een dag zo om. Die tijd had ik gewoon niet.
Toen de termijn voor de aanmelding voor deze proef al bijna om was ging ik weer eens trainen. Het ging alles voorspoedig. Foppe werkte als steeds zeer goed. Ik zag wel dat de anderen ook niet stilgestaan hebben, was verbaast over hoe enkelen nu veel beter werkten dan nog 2 maanden geleden. Ze vertelden dat ze meestal drie tot vier keer per week hebben getraind. Ze hadden ook alle drie hun honden al aangemeld voor de proef VGP. 

Monika vond, dat ik, ondanks het niet meer heb getraind, ons toch zal aanmelden. ‘De hond kan het, jij moet gewoon geen domme dingen doen, dan lukt het’! was haar droog commentaar. Ik stelde voor dat ik nog een keer aan het water ging trainen, dat zou nog een struikelblok kunnen wezen. Maar dat was niet meer mogelijk.
Huiverend heb ik over alles nagedacht en dacht tenslotte dat ik het wilde wagen. Ik wist dat mijn Foppe goed werk levert maar nog niet zeer constant is, vooral de instap aan het water. Ook bij de anderen onderdelen, zeker bij het veldwerk, kan nog aan worden geslepen. Enkel het apporteren is voor 100 procent zeker. 



Met een collega uit Monika's groep; samen op weg naar
het eerste onderdeel.  Foto: Evert Onderstal


Afgelopen weekeind was het dan zo ver. Foppe en ik vertrokken vrijdagavond naar het Tekkelenburger Land om aan een tweedaagse proef mee te doen. 
Zaterdag vroeg in de ochtend, om 05:45 heb ik mijn drie collega’s ontmoet voor het gezamenlijk ontbijt. Een van mijn collega's lachte en vertelde dat ze al een uur lang konijntjes, vos en eenden aan het drogen was met de haardroger. Ook ik had mijn dode dieren gister avond nog omhoog gehaald omdat ze op de vooravond ook nog niet goed ontdooid waren. In de auto was het te fris om ze verder te laten ontdooien... Gelukkig wisten de hoteleigenaar en het personeel niet, wat we aan het uitspoken waren. 

Na het uitlaten van onze honden reden we naar het lokaal waar de keurmeesters en de 20 hondeneigenaren elkaar zouden ontmoeten. Ook enkele gasten werden verwelkomt, uit de Nederlanden kwam Evert Onderstal, een bekende van mij uit de rasvereniging. Als jager en eigenaar van twee Stabij's was hij zeer geïnteresseerd hoe hier in Duitsland geproefd werd. In de rasvereniging was geen Stabij bekend die deze proef ooit heeft gedaan. We waren allen benieuwd hoe het zou gaan. Het was mijn tweede proef die ik mee deed. De zweetproef in oktober was mijn eerste. Mijn collega's hadden al meerdere fok-werk-wedstrijden meegedaan omdat hun honden in een vereniging opgenomen zijn die van de Duitse Jagdgebrauchshundeverband (JGVH) erkend zijn. Er is geen Stabijvereniging in Duitsland mogelijk omdat geen 30 fokdieren hier zijn en daarmee geen vereniging kan worden aangevraagd. Dit is een voorwaarde van het 'Verband für das Deutsche Hundewesen' (VDH) en heeft ongeveer dezelfde functie in Duitsland, als de Raad van Beheer in Nederland.
Nadat alle papieren gecontroleerd waren ging de wedstrijdleider en tegelijk ook keurmeester, nog alle punten van het reglement mondeling door. Ik was daarmee blij als nieuweling in deze wereld. Er was veel waarvan ik het gevoel had te weinig te weten. Wat was als... Het reglement had duidelijke antwoorden, die ik weliswaar gelezen had, maar niet onthouden, omdat ik me daarbij niets kon voorstellen.
In mijn groep waren een zwart-witte Duitse Staander, een Ierse Setter en een Weimaraner. Foppe was de jongste, ¾  jaar jonger dan de Ierse Setter-teef. 

Eindelijk reden we met ons groepje naar een lichte woud met weinig onderhout. Ik werd pas vanochtend iets zenuwachtig, maar was tegelijk ook zeker dat ik redelijk voorbereid was. En de combinatie ik-Foppe klopte ook, volgens mij. 




Het begin van het onderdeel 'volgen bij voet
 aan de riem'.    Foto: Evert Onderstal


De eerste discipline was het volgen bij voet aan de riem.
Ik had de riem omgehangen en aan het andere einde was een lus voor Foppe’s kopje. Hij moest nu bij voet volgen tussen bomen door. Tussendoor moest ik blijven staan en dan weer verder lopen.  Dit was nooit een probleem. We hebben de volle punten gekregen. In tegenstelling tot de acht die men in NL moet lopen is dit veel natuurlijker. Er wordt alleen gekeken of de hond niet hindert bij het lopen door het woud. Als hij eens een beetje achter loopt is dit geen aftrek aan punten.





Hond bij voet, zitten of plaats en dan in
de lucht schieten. Foto: Evert Onderstal



De tweede proef was het houden van een drijfjacht met schieten en rustig blijven liggen.
Ook hier had ik de volle punten gekregen. Het was een makkie: Ik kon kiezen of de hond met of zonder riem, liegt of zit naast me, terwijl ik met onderbreking twee schoten in de lucht afgeef. Ook de drie anderen jagers moesten schieten. In het woud voor ons waren ca. 6 mensen die herrie maakten net alsof ze aan het drijven waren. In het totaal waren we ca. 10 minuten bezig. De hond moest op zijn plaats blijven en mocht geen schrikreactie laten zien. Foppe deed het zonder riem prima.



We reden verder naar de derde proef, het uitwerken van een zweetspoor, 12 – 18 uur oud.
We moesten voor de volgorde nummertjes trekken. Ik trok als eerste – nummer vier. Dit betekende wachten...  Iedereen voor me haalde de proef. Eigenlijk moest dat ook lukken, Foppe had al een moeilijkere proef met een zweetspoor gelopen. 

Het wondbed was dicht bij de straat waar de auto's stonden, in de hoek van een geoogst maisveld. De keurmeesters begeleidden me. De obmann vertelde me dat de ree hier geschoten was en dat het dier richting het bos gevlucht was. Hij vertelde me ook waar het precies in het bos vluchtte. Foppe zat in deze tijd netjes naast mij, nog aan de riem.




Ik neem de zweetriem onder handen. Een moment
later gaat de haas hoog. Foto: Evert Onderstal


En hier begon mijn ik onnadenkend: ik heb Foppe de riem afgenomen in het volste vertrouwen dat hij braaf naast me bleef zitten. Ik was aan het voorbereiden van de zweetriem. Maar wat een pech: terwijl ik bezig was ging plots een haas nauwelijks 10 meter van ons hoog en vluchtte dwars over het maisveld het bos in.  



Foppe holt weg, de haas achteraan.  Foto: Evert Onderstal


Ik heb Foppe nog niet zo snel weg zien hollen. Hij toonde ook helemaal geen reactie op mijn fluiten. Evert durfde nog een foto maken van mij, hoe ik gefrustreerd het veld afzocht met de hoop dat Foppe snel weer terug zou komen. Vandaag was toch zijn dag, hij had te komen!!!!!!




Daar sta je dan, geen hond terwijl steeds meer
frustratie omhoog kruipt... Foto: Evert Onderstal

Toen hij na 4 minuten niet weer kwam gingen de keurmeesters over de gedane proeven overleggen. Ik bleef maar wachten en fluiten. Eindelijk kwam mijn dondersteen terug. Ik schelde met hem. Maar durfde niet echt streng wezen. Ik hoopte dat dit wijs was. Hij moest zo meteen weer werk afleveren, hoopte ik tenminste. 

Ik ging naar de obmann om te vragen wat dat nu voor consequenties had. Gelukkig lag ik er nog niet uit: we kregen dan wel geen punten meer voor gehoorzaam aan levend haarwild.

Het opnieuw aanzetten aan het wondbed was nu behoorlijk moeilijk met een van adrenaline vol gepompt hondje, dat ook nog kuchte van het hard hollen. En natuurlijk was ik ook erg gespannen. Tot mijn ergernis, teleurstelling en angst het niet te halen, vluchtte de haas namelijk ook in die richting waar het spoor liep. 




En dan was het eindelijk zover - we waren
op de zweetspoor. Foto: Evert Onderstal


Ik observeerde dubbel voor mijn gevoel, hoe Foppe zich op de spoor  gedroeg. Een paar keer heb ik stilgestaan omdat ik dacht dat de spoor daar echt niet kon wezen. Hij trok namelijk onder struiken door en ineens in een scherpe bocht weer terug. Nadat Foppe dan wat gesnuffeld had kwam hij in de daad weer terug en ging in de richting verder, wat we al hadden gelopen. Ik was erg blij toen ik de ree heb gezien. Voor mijn doen was het een heel korte zweetspoor. Ik was erg blij dat we het zonder terugroepen gehaald hebben. We waren de enigen deze ochtend die niet terug geroepen werden.



Foppe opgewonden aan het speuren. Foto: Evert Onderstal


Als je een heel verkeerde richting gaat lopen wordt je namelijk teruggeroepen en mag je opnieuw aanzetten daar waar hij afgekomen is. Je mag twee keer de fout in gaan . Bij de derde keer ben je out. Dus dan heb je de zweetproef niet gehaald wat zoveel betekent als een 0 in dit onderdeel. Maar je mag wel verder in de hele proef.
Tenslotte hebben wie voor het uitwerken van de spoor de volle punten gekregen.



Proef van het aansnijden.

Aan het eind van de spoor lag de reegeit. Nadat ik Foppe beloond had met lekkere worst moest ik hem twee meter naast het gevonden wild afleggen. Het ging nu om de aansnijdeproef. De hond had, met mij uit zicht, 10 minuten naast het wild te wachten zonder op te staan en aan het wild te snuffelen of aan te bijten/likken. Ik was zeker dat Foppe dit perfect deed. En we kregen dan ook de volle punten voor dit onderdeel.



Een takje dennengroen en felicitaties.  Foto: Evert Onderstal

 
En nu ging het verder voor de proef met de vossensleep.
Hier gingen Foppe en ik als derde starten. Voordat ik aan de beurt kwam heb ik Foppe nogmaals de geprepareerde vos laten apporteren en dit ging goed. Dan heb ik de vos de keurmeesters overhandigd. Deze ging met walkie-talkie in de ene hand en in de andere de vos, de spoor van 300 meter slepen. 2 keurmeester bleven bij de 'aanschot' staan en een keurmeester bleef bij mij. Ik moest op 50 meter afstand een andere kant op kijken met de hond. Eindelijk mochten we gaan werken. Eenmaal aan de aanschootplaats aangekomen schrok ik even. Had ik toch het afloop-touw vergeten! Nou, dan moest het even zonder. Ik zette de hond aan en hij ging gelukkig mooi met de neus op de grond zoeken en verdween gouw in het onderhout. 

Het aflooptouw is een touw dat aan een eind om mijn handgewricht vastzit en de midden losjes om de hals van de hond. Ik hou met de andere hand het uiteinde van het touw vast en laat het los als ik zie dat de hond zich vast heeft gezuigd op de sleep. Dan trekt hij bij het voorwaarts gaan het touw los zonder weerstand te voelen en het touw om mijn handgewricht vastgemaakt, blijft bij mij.



Foppe brengt de vos, netjes in het midden gepakt. Foto: Evert Onderstal


Eigenlijk wist ik dat het geen probleem is voor Foppe. Maar op een proef zijn de minuten lang. Ik was dan ook erg blij toen ik hoorde dat de keurmeester bij de vos meldde: 'hond is aangekomen, heeft vos opgenomen en komt terug bij jullie'. Maar ook nu was het weer lang totdat ik eindelijk Foppe zag terugkomen door het onderhout. Perfect heeft hij afgegeven en kreeg de volle punten.


De konijnensleep



Wachten, ondanks we maar vier personen
waren in de groep was het wachten niet leuk.
Foto: Evert Onderstal

 
Ietsje verder, in het zelfde woud werden de slepen met de konijnen gelegd. Deze keer had ik het afloop-touwtje bij me. Rustig en zoals steeds heb ik de aanschootplaats met Foppe benadert. Het touwtje was al om de nek van hem. Ik heb hem laten de geur opnemen en op mijn commando: 'vooraan apport' liep ik met hem een paar stappen mee en dan liet ik hem gaan. En hij ging ook netjes op de spoor, volgens de keurmeester, die naast me stond.



 
Foppe heeft net het spoor aangenomen. Foto: Evert Onderstal

 
Het duurde weer oneindig lang totdat we door het walkie-talkie hoorden: 'hond nadert'. Om gelijk daarop te moeten horen: 'wat doet hij nou? hij is afgekomen van de spoor en verdwijnt ergens in het onderhout, ca. 50 meter van me vandaan.'
Verd.... die gaat jagen - was mijn eerste gedachte. Mijn tweede gedachte ging om de zorg dat we aan een zeer drukke straat waren en dat de auto's met 100 km/uur reden. Dan werd ik woedend: dus hij doet het overal, gaat de sporen achteraan, die hij op zijn weg tegenkomt! Hoe kun je hem dat oninteressant maken? Deze Stabij, wat denkt hij wel wat hij is! Hij zal met mij samen jagen en niet alleen gaan jagen!
Ik begon ook gelijk te fluiten met de angst dat hij een ongeluk zou kunnen veroorzaken.

Na een lange tijd voor mijn gevoel, in werkelijkheid ca. 8 minuten meldde de keurmeester: 'hond is gekomen, heeft konijntje opgenomen en gaat op de spoor terug naar jullie - hoop ik!'
Oooohhhh, blij en tegelijk verergert wachtte ik op mijn held. Ik had nog even de tijd om te bedenken hoe ik zal reageren op hem.


Foppe duikt op, met het konijn in de vang. Foto: Evert Onderstal


Mijn gevoel vertelde me dat ik hem gewoon de buit afneem en verder niet groot ga belonen of uitschelden.  




Foppe biedt mij het konijn aan en ik neem het zo
neutraal als mogelijk af.     Foto: Evert Onderstal


Zoals verwacht kregen we puntenaftrek voor het uitwerken van de sleep. Voor het apporteren en afleveren van het konijn kregen we de volle punten. Ik vond het resultaat heel jammer. Hij kon het prima. Hij heeft al reuen en wandelende mensen genegeerd tijdens het speuren, en nu dit!



Werken aan en in het water 
Daarvoor zijn we aan een mooi begroeid meertje gereden. Het water was helder, koud en heel diep. Achterin, op ca. 150 meter afstand zag ik enkele eenden zwemmen. Foppe en ik kwamen als laatste aan de beurt. 

Toen ik met Foppe aan de oever kwam merkte ik al dat hij niet in wou. Met een streng stem heb ik hem bevolen: 'vooraan, zoek!' en ik heb hem een klein beetje met mijn hand geduwd erin te gaan. De hond moet binnen een bepaalde tijd het water aannemen, anders ben je ook eruit. Maar je mag hem helpen. Ik heb op dit moment besloten hem te helpen. 


Foppe aan het stöbern. Foto: Evert Onderstal

Gelukkig ging Foppe meteen mooi naar de overkant. Ik weet, men moet de hond niet gaan beïnvloeden als hij aan het stöbern is. Hij moet zelfstandig werken. Maar toen hij aan de overkant het water uit stapte was ik wel even bang dat hij het nu had gezien. Hij is al vaker een eend gaan zoeken op het land.



Foppe staat stokstijf, kijkt naar mij en wacht blijkbaar
op een commando.            Foto: Evert Onderstal

Foppe bleef staan en keek naar mij. Dit had hij al gedaan tijdens het veldwerk. Hij deed dit toen hij absoluut geen zin in had en hij devechte 'Stabij'se trekken' vertoonde van: 'ik wil niet, ik wil niet, ik wil niet.....'
Gelukkig kon ik hem met wijzen middels de hand/arm zo ver brengen dat hij weer het water in ging om te zoeken. Hij deed het nu ineens heel goed. Totdat hij opnieuw uit het water wilde en ik hem ging fluiten. Ik wilde hem in het water hebben. Maar Foppe begreep het fluiten als commando om terug te komen. Jammer! Hij begon net te werken. Mijn fout. En ik zal het zwaar moeten boeten.



Foppe doet het goed. Hij zoekt hele over af.   Foto: Evert Onderstal


Foppe zwom op mij toe en wilde uit het water komen. Omdat de hond nooit zonder succes uit het water moet, werd hem ietsje verderop een eend in het water gegooid. Hij begreep dit en ging braaf op die af om die te apporteren.



Foppe zwemt op de dode eend af.            Foto: Evert Onderstal


Hij pakte de eend en bracht me de buit ook heel netjes.


Het pakken is geen probleem voor Foppe.           Foto: Evert Onderstal



Hij had ze over kop en vleugel gepakt.    Foto: Michael Migos


Het klimmen uit het water was vermoeiend. Het water lag diep en de kant was stijl. Maar Foppe heeft het goed gedaan, zonder de eend los te laten.



Het is niet makkelijk, de rand is hoog.       Foto. Evert Onderstal


Foppe kwam ook rechtstreeks op me af, zonder de poging om het water af te schudden, iets wat de hond niet mag doen met de buit in de vang.


Hier dan, de eend!              Foto. Evert Onderstal


Correct en druipend nat heeft Foppe de eend aangegeven.



Goed gedaan Foppe, braaf!     Foto: Evert Onderstal


Geef maar gauw, los!  Foto: Evert Onderstal


We kwamen naar het volgende onderdeel. Ik moest met Foppe even iets weg, omdat Foppe het gebeuren niet mocht zien. De eend werd gegooid om ze te zoeken. Ze moest eigenlijk onder de struiken in het tegenover liggende oever belanden. Maar omdat de keurmeester niet goed gooide lag ze nu midden op het open water. Er werd kort beraadslaagt. Ja, Foppe moest ze halen en daarna nogmaals, omdat dit niet zoeken was. Ik was ietsje verergerd over de onhandigheid van de keurmeester. Hij had al een paar keer, leek het me, mij laten voelen dat hij Foppe niet accepteerde. Dus een extraatje kon nog bij. 
Het was al moeilijker dan de eerste keer om Foppe het water in te laten gaan. Maar hij ging dan toch. Hij bracht natuurlijk de eend zonder problemen. 



Foppe brengt ook deze eend goed.  Foto: Evert Onderstal

 
En nogmaals begon het speel met verstoppen, eend voldoende ver gooien en dan de hond sturen... Dit keer ging het water insturen nog wat moeilijker dan de vorige keer. In het water keek hij me aan zo van: moet dit nu alles? Ik zag echt zijn vragende, droevige ogen. Ik kon hem zover brengen dat hij ook deze eend ging zoeken en brengen.




Foppe moest nogmaals in het water om een eend
tussen de takken te zoeken.           Foto: Michael Migos


Nu moest ook nog de schot op het water komen. Dus voordat Foppe de eend pakte, moest naast hem in de buurt van de eend geschoten worden. Eigenlijk moest ik dit doen. Maar omdat ik al erg bezig met mij en de hond was, heeft mijn lieve Dieter (obman van de wedstrijd) zelf geschoten. En waarachtig: Foppe was het teveel, hij draaide af. Ik riep nog: 'Foppe apport' en Foppe draaide om naar de op het water drijvende eend. En omdat Dieter veel ervaring heeft greep hij meteen de kans en schoot nogmaals op de eend. Deze keer ging Foppe de eend halen zonder problemen. Hij bracht ze me ook voorbeeldig. 




En hij heeft ze gevonden, maar het is niet leuk,
zeggen zijn ogen. Foto: Michael Migos

Als Foppe nu zonder eend terug was gekomen zou hij een opmerking gekregen hebben dat hij niet schotvast is en dan zou ik de hele jagdproeven kunnen vergeten hier. En ook zou hij niet meer kunnen verzekerd worden door een jagdverzekering. Ik was dus Dieter erg dankbaar voor zijn snel en goed handelen. Daar dacht een vakman mee!




Foppe komt met tegenzin de eend brengen. Zijn ogen
zijn dicht als hij omhoog klautert.   Foto: Evert Onderstal

Maar voor Foppe was het volgens mij gelopen: hij trilde en sloot zelf de ogen toen hij uit het water klom. Ik had het echt te doen met hem. Ik herkende hem niet meer. Het deed me echt zeer, hem zo te zien. 



Trillend van de zenuwen of de kou? Foto: Evert Onderstal



Even afgeven en dan naar het volgende onderdeel! Foto: Evert Onderstal

Voor het volgende onderdeel moest ik me met Foppe weer verstoppen. We mochten niet zien dat ze nu een eend de vleugel met crêpepapier samen hadden gevlochten. Dit was dat ze niet wegvliegen kon. Ze kon nog wel zwemmen en duiken. De bedoeling was, dat Foppe nu op deze eend hooguit 10 minuten zal moeten jagen. Na korte tijd zal het crêpepapier zo zacht zijn dat de eend weer vrij is en ze verder van de vrijheid mag genieten.




Foppe wil niet het water in. Hij is zo clever dat hij steeds
achter mij gaat zitten. Foto: Evert Onderstal

Als ik naar voren mocht komen moest ik den hond op een bepaalde plek het water in sturen. Maar dit lukte me niet meer. Hij draaide om me heen. Hij trilde en ging elke keer achter me staan. Hij had geen halsriem om, dus kon ik hem ook niet vasthouden. Na een tijdje heb ik het opgegeven en vertelde de obman dat ik ermee ging stoppen. Hij kende mij en mijn hond goed en vroeg me: 'je weet, dat je dan niet verder meer kunt!' Ik wist het niet, maar mijn stress was al te groot. Ik kon Foppe niet nog meer dwang aan doen. Blijkbaar waren we toch nog niet zo een team als ik het me heb voorgesteld. Het deed me erg zeer. Maar op kosten van de hond wilde ik ook niet verder. Ik had op dit moment het gevoel dat Foppe zich helemaal niet begrepen voelde en dat hij duidelijk aangegeven had, zover en niet verder. 
Wat me wel bezig houdt is dat hij zo doorheen was, dat hij niet meer eens gek was op de levende eend, die 5 meter voor hem in het water dreef, die kopover het water in ging en die poogde het crepebandje af te schudden. Ook andere levende eenden die in de buurt waren, keek hij niet meer aan. 

Iedereen was verslagen. Dieter, Ute en Wolfgang uit Monika's groepje kenden Foppe en mij. Niemand dacht dat wij het niet zouden halen. Maar ja, wat een andere collega uit Monika's groep heeft gezegd: dat we al slecht zijn begonnen met de haas naast de zweetspoor... Monika heeft later gezegd dat Foppe nog steeds denkt alleen te moeten jagen. Hij zou maar meer gezag van mij moeten krijgen en met mij samen wat willen bereiken. Ik denk, dat ziet ze goed zo. Alleen heb ik soms moeite om zo streng te wezen. Ik denk, dat ik van al de Stabijeigenaren de strengste ben met mijn Stabij. Misschien is het echt zo: een teefje is makkelijker te handelen. Maar ik heb nu maar een reutje en wil dolgraag een goede jagdhond. Eentje, die niet wegens ongehoorzaam een ongeluk veroorzaakt. Eentje, die met mij wil gaan jagen.....

Over een jaar, vanaf september 2015 zal ik, als alles volgens plan gaat, nogmaals mijn tweede en tevens laatste poging doen om het certificaat VGP te halen (voor een VGP kan ik enkel twee keer starten). 

Tot dan blijven we trainen!




Mijn lieve Foppe -twee dagen na de VGP.